Financieel meerjarenperspectief 2023-2026

Ontwikkelingen

Overige ontwikkelingen

In de tabellen 6a en 6b staan de overige ontwikkelingen die nog niet eerder in een raadsdocument zijn opgenomen. Hierbij is onderscheid gemaakt in onvermijdelijke ontwikkelingen (tabel 6a) en een inventarisatie van ontwikkelingen die vanuit de organisatie als noodzakelijk worden gezien voor adequate uitvoering van taken en waarvoor een afwegingsmogelijkheid bestaat (tabel 6b).
Met het oog op de collegevorming in deze periode zijn enkel de jaarlijkse ontwikkelingen en onvermijdelijke ontwikkelingen (tabel 6a) in het financieel meerjarenperspectief van deze kadernota verwerkt. De kadernota is dus beleidsarm. De geïnventariseerde ontwikkelingen waarvoor nog een afwegingsmogelijkheid bestaat (tabel 6b), maakt het college wel zichtbaar in deze kadernota om de raad over het bestaan en de achtergronden hiervan te informeren. Deze worden betrokken bij het opstellen van de begroting. Het college en de ambtelijke organisatie werken in de zomer aan uitwerking van een raaduitvoeringsprogramma en leggen dat uiterlijk gelijktijdig met de begroting 2023-2026 aan de raad voor. Tot slot is de budgetneutrale omzetting van inhuur naar enkele formatieplekken in deze paragraaf opgenomen.

Onvermijdelijke ontwikkelingen

Tabel 6a:

(bedragen x € 1.000)

Onvermijdelijke ontwikkelingen

2023

2024

2025

2026

01. Bouw- en woningtoezicht

-164

-164

-164

-164

02. Ingroeipad herijking (nieuwe verdeling) gemeentefonds per 2023

375

375

-375

-375

03. Klimaatakkoord

0

0

0

0

04. Maartbrief 2022 gemeentefonds

1.481

1.762

764

-3.715

05. Stelpost energielasten

-1.350

-1.350

-1.350

-1.350

06. Stelpost onderhoudslasten gebouwen

-50

-50

0

0

Totaal

292

573

-1.125

-5.604


1. Bouw- en woningtoezicht € 164.000 N (S)
De Omgevingswet (OW) en de Wet kwaliteitsborging (Wkb) hebben effecten op de baten en lasten van het product Bouw- en Woningtoezicht. 

Lasten:
De Wkb is een extra en nieuwe wettelijke taak voor de gemeente.  Gelet op de hoeveelheid meldingen  om deze nieuwe taak uit te voeren is voor inhuur casemanager structureel € 70.000 nodig. De Raad gaat in principe uit van knaken bij de taken echter zonder deze casemanager kan de extra Wkb taak niet uitgevoerd worden en wordt er niet voldaan aan de wet.
Een voordeel naar aanleiding van de invoering Wkb is dat er € 25.000 minder specialistisch advieswerk nodig is. Dit zijn lasten voor de gemeente, welke via leges doorbelast worden aan de aanvrager. 
Per saldo wordt hiermee een beroep gedaan op het begrotingssaldo van € 45.000.


Baten:
Per jaar kan in het kader van de OW en Wkb € 119.000 minder leges worden geïnd. Dit bedrag is opgebouwd uit:
1. € 25.000 minder doorbelasting aan de aanvrager, het eerdergenoemde specialistisch advieswerk;
2. € 55.000 vanwege leges vrij of bijna legesvrij maken van producten zoals: compleet isoleren van panden, zonnepanelen op monumenten en dorpsgezichten, aanleggen van kleine landschap elementen. Op termijn is het de bedoeling om vanuit de Omgevingswet gedachten meer vergunningen, vergunningsvrij of meldingsplicht maken. Dit is weer een stap verder. Dergelijke stappen hebben negatieve financiële consequenties. Het beleid in een Omgevingsplan is hierin leidend en baten via leges zijn hierin volgend;

3. € 24.000 wijziging OW, brandveiligheid vergunningen, zijn meldingen geworden, waardoor er geen leges geïnd mag worden;
4. € 15.000 matiging van eerder geplande verhogingen in de legesverordening en het niet belasten van milieuvergunningen, omdat hiervoor in de regio geen draagvlak is.


Het totale effect van deze onvermijdelijke ontwikkelingen is € 164.000 nadelig.

2. Aangepast ingroeipad herijking (nieuwe verdeling) gemeentefonds per 2023 € 375.000 V v.a. 2025 € 375.000 N (S)
De verdeling van het gemeentefonds wordt aangepast (herijkt). Doel hiervan is om de verdeling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds beter te laten aansluiten op de kosten die gemeenten hebben op basis van hun structuurkenmerken (bijvoorbeeld aantal inwoners, centrumfunctie, sociale structuur, etc.). Deze herverdeling staat los van de discussie over de omvang van het gemeentefonds en de vraag of gemeenten voldoende middelen van het Rijk ontvangen om al hun taken uit te kunnen voeren (is de koek groot genoeg).

Het ministerie van Binnenlandse Zaken wil het nieuwe verdeelmodel invoeren per 1-1-2023. De (voorlopige) uitkomsten van het nieuwe verdeelmodel zijn voor Utrechtse Heuvelrug negatief. Het te verwachten nadeel loopt in een aantal jaren (via een ingroeimodel) op. Uit summiere informatie van het Rijk van begin april (maartbrief) blijkt dat er nog aanpassingen zijn gedaan in het nieuwe verdeelmodel waardoor het nadeel voor onze gemeente mogelijk wat lager uitvalt dan de laatst gepubliceerde cijfers. Hoe veel dit zal zijn, valt op dit moment nog niet te becijferen. In de meicirculaire 2022 wordt pas het definitieve effect van de herverdeling bekend. Een andere aanpassing is dat het ingroeipad wordt aangepast en beperkt tot 3 jaar. Voor 2023 is het effect op maximaal € 7,50 per inwoner gezet en in 2024 en 2025 op € 15 per inwoner per jaar, waardoor het maximale herverdeeleffect na drie jaar € 37,50 per inwoner bedraagt. Het is de bedoeling van de minister om het nieuwe model tijdig te evalueren om aan de hand hiervan te kunnen besluiten over het traject voor 2026 en verder.

In de begroting 2022 is het scenario verwerkt met de korting volgens het oorspronkelijke ingroeimodel voor 2023 en 2024 (€ 15 per inwoner in 2023 = € 750.000 en € 30 per inwoner = € 1,5 mln). Voor 2025 is de korting bevroren op € 30 per inwoner.
Nu wordt het nieuwe ingroeipad verwerkt in de meerjarenbegroting (€ 7,50 - € 22,50 - € 37,50). Dit zorgt voor een voordeel (kleiner nadeel) van € 375.000 in 2023 en 2024 en een extra nadeel van € 375.000 vanaf 2025.

3. Klimaatakkoord
Door de komst van het Klimaatakkoord in 2019 is de opgave vergroot, het tempo verhoogd en ook verandert de rol van de gemeente. Er zijn afspraken gemaakt om grootschalig en planmatig aan de slag te gaan met de verduurzaming van de samenleving. Gemeenten krijgen hierin een regierol. De afgelopen jaren zijn al plannen gemaakt als uitwerking hiervan, zoals de Regionale Energiestrategie (RES) en de Transitievisie Warmte (TVW). De TVW is in 2021 vastgesteld; de uitvoering is gestart vanaf 2022  en loopt door tot in ieder geval 2050.

Het is belangrijk dat de interne organisatie klaar gemaakt wordt voor de toekomst en de uitbreiding van de opgaven voor duurzaamheid. Op dit moment worden de werkzaamheden uitgevoerd door een gedreven team, met veel kwaliteiten, maar de huidige capaciteit is niet in lijn met de benodigde capaciteit om de komende jaren invulling te geven aan alle opgaven.

Voorstel is om de formatie uit te breiden met twee projectleiders (circa 2 fte) . Deze twee projectleiders gaan uitvoering geven aan de Transitievisie Warmte en wijkaanpak. Dit betreft een totale loonsom van € 176.000. De werkzaamheden zijn doorlopend en structureel en hier wordt momenteel op ingehuurd.  De urgentie is de afgelopen tijd verder gegroeid vanwege de stijgende energieprijzen. De werkzaamheden nemen de komende jaren toe.

De dekking die nodig is voor deze extra formatie is nog niet beschikbaar. Het Rijk heeft laten weten extra middelen beschikbaar te stellen voor gemeenten voor uitvoering van het Klimaatakkoord. Voor 2022 loopt dit via de meicirculaire van het Rijk. De extra middelen voor 2022 bedragen € 110.000. In het coalitieakkoord van het Rijk is een aanzienlijk groter budget ter beschikking gesteld voor de jaren 2023-2030. Over de verdeling hiervan is de VNG in gesprek met het Rijk. Ook is de VNG in gesprek met het Rijk om een deel van deze middelen naar voren te halen zodat het totaalbedrag aan uitvoeringsmiddelen voor 2022 wordt opgehoogd. We verwachten dat deze extra middelen de kosten van de extra formatie voor duurzaamheid zullen dekken. Indien de dekking voor de extra formatie niet beschikbaar komt, dan worden de jaarcontracten van de twee nieuwe projectleiders niet verlengd. Komt de dekking zoals verwacht wel beschikbaar, dan worden de jaarcontracten na een jaar omgezet naar contracten voor onbepaalde tijd.

4. Maartbrief 2022 gemeentefonds € 1.481.000 V (S)
Het Rijk heeft een korte maartbrief uitgebracht die vooral een vooraankondiging bevat van onderwerpen die in de meicirculaire staan en niet de status heeft van een gemeentefondscirculaire. De opzet van de maartbrief was om de gemeenten enige richting te geven bij het opstellen van hun kadernota's.
De maartbrief bevat enkel informatie op hoofdlijnen over de ontwikkeling van het gemeentefonds en de opschalingskorting conform het regeerakkoord, de invoering van het nieuwe verdeelmodel (zie vorige melding) en de eenmalige energietoeslag lage inkomens. Dit laatste onderwerp wordt in de 1e bestuursrapportage benoemd en in de 2e bestuursrapportage wordt het financiële effect verwerkt.

Gemeentefondsspecialist LiasPauw heeft voor de maartbrief een rekenmodel opgesteld wat gemeenten kunnen gebruiken om het globale effect van de Startnota (regeerakkoord) van het Rijk te bepalen. In dit model zijn enkele aannames gedaan, onder andere over onderbestedingen door het Rijk. Omdat de gemeente zelf niet over andere / meer gedetailleerde informatie beschikt, is het bedrag in deze kadernota gebaseerd op het rekenmodel van LiasPauw. De uitkomst bevestigt alle eerdere signalen op basis van het regeerakkoord, namelijk dat de gemeentefondsuitkering vanaf 2026 enorme daalt.

De maartbrief meldt hierover dat het Rijk met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft afgesproken een traject op te stellen voor een nota die duidelijkheid geeft over 2026 en volgende jaren, zodat de uitwerking van een toekomstbestendige en stabiele financieringssystematiek kan worden ingevuld. De eerste resultaten worden verwacht in juni 2022.

In de meicirculaire (die naar verwachting begin juni verschijnt) volgt uitgebreidere informatie over de ontwikkeling van het gemeentefonds en de effecten van het regeerakkoord.

5. Stelpost energielasten € 1.350.000 N (I)
De toename van de energielasten in 2023 (t.o.v. 2022) is gebaseerd op verwachte gas- en electriciteitsprijzen voor 2023 uit maart van dit jaar, welke door de voorbereidingsgroep voor de aanbesteding van nieuwe energiecontracten per 2023 zijn genoemd als reële verwachting. Hierin was het staken van de gastoevoer aan Polen en Bulgarije, en de uitspraken van de EU om eind 2022 van het Russisch gas af te willen zijn, nog niet meegenomen. Dit heeft mogelijk een prijsopdrijvend effect. Daar staat tegenover dat in de markt ook de verwachting leeft dat de huidige piek er op termijn geleidelijk aan uit kan gaan, omdat de energiemarkt zich langzaam herstelt en stabiliseert, waardoor de prijs normaal gesproken weer daalt.
Het CPB geeft aan dat de kans reëel is dat energieprijzen blijvend op een hoger niveau zullen liggen, dat de prijzen zeer bewegelijk zijn en zich moeilijk laten voorspellen. (Verwachting 16 maart 2022). Deze informatie is gewogen en dit heeft ertoe geleid dat 75% van de prijsstijging op basis van de genoemde tarieven structureel is meegenomen in deze kadernota. De prijsstijgingen van energie zijn onvermijdelijk. Het college zet de komende periode in op energiebesparing en kostenbeheersing. De effecten hiervan worden later in beeld gebracht.

6. Stelpost onderhoudslasten gebouwen € 50.000 N (I)
Het onderhoud van gebouwen waarvoor de gemeente in de exploitatiebegroting een raming heeft opgenomen laat door corona, de stijgende energieprijzen en de oorlog in Oekraïne een hogere prijsontwikkeling zien dan alleen de inflatie. Op grond van een conceptpublicatie van Bouwend Nederland blijkt dat de prijzen nog eens met ongeveer 8% gaan stijgen. In de kadernota stelt de gemeente voor om voor de prijsontwikkeling voor onderhoud gebouwen een stelpost op te nemen vanwege de prijsstijgingen van 8% extra bovenop de HICP. Dit percentage is conform de lijn die de meeste gemeenten hanteren. Voor het onderhoud gebouwen opgenomen als investering in het Meerjarig Investerings Plan volgt een uitwerking in de begroting 2023-2026.

Ontwikkelingen met afwegingsmogelijkheid

Tabel 6b:

(bedragen x € 1.000)

Ontwikkelingen met afwegingsmogelijkheid

2023

2024

2025

2026

01. Administratieve- en projectondersteuning 2 fte secretariaat en services

-124

-124

-124

0

02. Kwaliteit Basisregistraties

-75

-75

-75

-45

03. Juridische zaken (Jurist / medewerker)

-126

-126

-126

0

04. Recruitmentondersteuning P&O

-79

-79

-79

0

05. Informatieveiligheid

-62

-62

-62

-62

06. Regionale IV samenwerking

-48

-48

-48

-48

07. Voorkomen onrechtmatig gebruik en fraudebestrijding Sociaal Domein

-105

-105

-105

-105

08. Adviseur crisisbeheersing

-78

-78

-78

-78

09. Communicatie - uitbreiding formatie

-229

-229

-229

-229

10. Uitvoering communicatie

-40

-40

-40

-40

11. Coördinator opleiding en ontwikkeling

-35

-35

-35

-35

12. Projectleider/ processpecialist

-53

-53

-53

-53

13. Regievoerder implementatie vitale recreatieterreinen

-44

-44

-44

-44

Totaal

-1.098

-1.098

-1.098

-739

1. Administratieve- en projectondersteuning 2 fte secretariaat en services € 124.000 N (I)
De werkdruk in de hele organisatie is hoog. Door meer ondersteuning te bieden bij administratie en het organiseren van o.a. informatieavonden, regio- en netwerkbijeenkomsten, naast ondersteuning bij projecten wordt de organisatie ontlast. Zonder uitbreiding van de huidige formatie kan er geen gehoor worden gegeven aan verzoeken voor ondersteuning hiervoor. Om de organisatie te ontlasten is uitbreiding van de administratieve en projectondersteuning van 2 fte voor de duur van 3 jaar met totale kosten van € 124.000 noodzakelijk. Opgemerkt zij, dat administratieve werkzaamheden in projecten zullen worden mee-gecalculeerd.  

2. Kwaliteit Basisregistraties € 45.000 N (S) en € 30.000 N (I)
De afgelopen jaren is het taakveld adresonderzoek steeds belangrijker geworden en gegroeid. Het is onze wettelijke plicht om te zorgen voor kwaliteit van gegevens in de BRP met daarbij het voorkomen en bestrijden van ondermijning en fraude. Waar in 2017 het taakveld nog hoofdzakelijk bestond uit signalen vanuit de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit,  komen signalen nu uit zo’n vijf hoofdstromen binnen: woningbouwverenigingen, terugmeldingen vanuit de terugmeldvoorziening, meldingen van inwoners, eigen signaleringen en signaleringen vanuit bv politie en veiligheid. De druk op de kwaliteitszorg van deze basisregistratie is niet meer binnen de huidige formatie op te vangen en moet eigenlijk uitgebreid worden met een volle fte. Tegelijk zorgt de arbeidsmarktsituatie er voor dat gekwalificeerde medewerkers op het gebied van registratiebeheer, procesbewaking en gegevensveiligheid niet te vinden zijn. Door te kiezen voor meervoudige rollen en taakvelden binnen functies in combinatie met loopbaanontwikkeling, kan gedurende een opleidingstraject hiervoor ook een deel van de benodigde capaciteit voor adresonderzoek worden opgevangen. Structureel wordt € 45.000 gevraagd voor functie-uitbreiding op adresonderzoek. De benodigde extra capaciteit voor junior-medewerkers, alsmede inhuur voor begeleiding is ongeveer € 70.000 gedurende drie jaar. Niet ingevulde formatie (niet in te vullen vacatureruimte) kan hiervan ongeveer € 40.000 opvangen.

3. Jurist en medewerker 2 fte tijdelijk 3 jaar 2023 t/m 2025 € 166.000 N (I)
Maatschappelijke ontwikkelingen en trends laten zien dat extra inzet op de bedrijfsvoering gewenst is. Het gaat bijvoorbeeld om grote maatschappelijke opgaven zoals de energietransitie, omgevingswet, woningbouwopgave, transitie sociaal domein, maar ook de toenemende polarisering, kracht van de publieke opinie (o.a. via sociale media) en de betrouwbare overheid/bestuur, waaronder privacy en informatieveiligheid. Daarnaast zien we een toename van crisis, zoals corona, de valwind en Oekraïne, waarbij altijd een groot beroep wordt gedaan op de bedrijfsvoering.
Bovenstaande ontwikkelingen gaan gepaard met nieuwe of gewijzigde wet- en regelgeving en hebben invloed op de juridische advisering en de volgende wettelijke kerntaken: bezwaren (secretariaat commissie bezwaarschriften), Wob-verzoeken, ingebrekestellingen en uitvoering Privacybeleid. Andere ontwikkelingen die hierop invloed hebben is de invoering van de Wet Open Overheid en het project handhaving permanente bewoning recreatiewoningen. Ook is er een trend zichtbaar in de toename van het aantal bezwaren, Wob, en ingebrekestellingen (wettelijke kerntaken).

Al deze ontwikkelingen bij elkaar leiden ertoe dat een tijdelijke formatie-uitbreiding voor de duur van 3 jaar met 2 fte nodig is. De afgelopen jaren is extra capaciteit ingehuurd en hebben vaste medewerkers extra uren gemaakt. Extra argument om uitbreiding van capaciteit is dat het voortdurende tekort aan capaciteit zorgt voor een vicieuze cirkel, waarbij ontwikkeling van het vakgebied structureel onder druk staat alsmede de juridische kwaliteit van de gemeentelijke producten (o.a. Awb-besluiten zoals vergunningen).

Alle (wijzigingen in) wetten en wettelijke bepalingen die gevolgen hebben voor andere thema's in de organisatie leiden ook tot meer adviesvragen/werk bij het thema Koers, team juridische zaken. Denk hierbij aan: decentralisatie taken sociaal domein, Omgevingswet, bouwopgave, de energietransitie en meest recent de ministeriële regeling (3936963) huisvesting/verzorging ontheemden (a.g.v. de oorlog in Oekraïne). Daarnaast speelt voor juridische zaken specifiek de invoering van de Wet Open Overheid, de opvolger van de Wet Openbaarheid van Bestuur.

4. Recruitment ondersteuning P&O 1 fte 3 jaar 2023 t/m 2025 € 79.000 N (I)
Als gemeente merken we op dat we steeds moeilijker vacatures vervuld krijgen. Een toenemende krapte op de arbeidsmarkt is merkbaar in heel het land en in bijna alle sectoren en beroepen. Er is sprake van dynamiek, van meer vraag dan aanbod en schaarste aan gekwalificeerd personeel. De verwachtingen zijn dat de krapte op de arbeidsmarkt de komende 3 tot 5 jaar aanhoudt. Dit vraagt om als gemeente hier tijdig en pro-actief strategie op te voeren en kennis en inzet van recruitment te borgen.

Het is niet alleen moeilijk vacatures in te vullen en kwalitatief personeel te verkrijgen, ook maken medewerkers gemakkelijker een loopbaanswitch extern, wat impact heeft op een hogere uitstroom. In 2021 heeft de gemeente een arbeidsmarktonderzoek (specifiek gericht op de positie van gemeente UH) uitgevoerd dat deze ontwikkelingen bevestigt. Op deze ontwikkelingen is ingespeeld door het inzetten van een recruiter in 2021/2022 en door extra aandacht te hebben voor profilering van de gemeente op de arbeidsmarkt. De recruiter is voor de duur van anderhalf jaar tot 1 januari 2023 ingezet. Deze recruiter is expert op het gebied van vacaturestelling, de inzet van wervingskanalen en de ondersteuning van het management en P&O op het gebied van werving en selectie.

Naast de inzet van een recruiter is er een interne werkgroep arbeidsmarktcommunicatie opgericht die aan de slag is met korte termijn acties om de profilering van de gemeente in te arbeidsmarkt te versterken en verbeteringen aan te brengen in het werving en selectieproces, profileringsteksten, foto’s/filmpjes, de technische ondersteunende middelen, social media e.d.

Voor 2021 kende GUH een uitstroom cijfer ad 10,5%. In 2021 heeft de GUH in totaal 60 vacatures gehad. Door het investeren in arbeidsmarktcommunicatie en recruitment activiteiten worden deze vacatures ingevuld, om daarmee actuele arbeidsmarktvraagstukken aan te pakken. De verwachting voor de komende vijf jaren is dat deze ontwikkelingen en cijfers aanhouden al dan niet toenemen.

5. Informatieveiligheid € 62.000 N (S)
MS365 E5 licenties: security € 45.000   
Op dit moment werken alle heuvelrug-accounts met de E3-licentie van Microsoft. Belangrijk aandachtspunt is of deze licentie voldoende is om een veilige werkplek te garanderen. Binnen Microsoft is een licentie (E5) voorhanden die extra beveiliging biedt waardoor de basisinformatieveiligheid wordt uitgebreid.

Log4J asset management € 17.000
Tijdens de aanpak m.b.t. Log4J bleek binnen de RID duidelijk ruimte voor verbetering van onze cybersecurity. Vooral het zicht op het netwerk, zicht op software, zicht op koppelingen, zicht op informatie en informatiestromen, zicht op welke bedrijfsprocessen afhankelijk zijn van welke informatie en vooral zicht op de risico’s voor de organisatie moet beter in beeld worden gebracht. Daarvoor willen we binnen de GR-RID gezamenlijk een assetmanager aantrekken die het zicht op het netwerk, etc. beheert en bewaakt.

6. Regionale informatievoorziening-samenwerking € 48.000 N (S)
Na het gezamenlijk opstellen van I-visie en de ondertekening van het convenant voor de applicatieharmonisatie is het duidelijk dat er extra capaciteit (projectleiding, secretaris, programmamanager informatiemanagement) nodig zijn om de samenwerking nog beter van de grond te tillen. Het betreft hier een reële schatting van de verwachte kosten om de samenwerking op het terrein van de informatievoorziening een impuls te geven. Alle RID-deelnemers nemen dit voorstel mee in afwegingen binnen de P&C-cyclus.

7. Voorkomen onrechtmatig gebruik en fraudebestrijding sociaal domein € 105.000 N (S)
Vanuit de Wmo en Jeugdwet zijn gemeenten verantwoordelijk voor een actieve fraudebestrijding. Landelijk onderzoek wijst uit dat dit bij lokale inrichting minimaal 1,2 fte capaciteit vergt om dit effectief op te kunnen pakken. In de begroting 2021 en 2022 heeft de gemeente incidentele middelen opgenomen in de verwachting dat dit bijdraagt aan het voorkomen van onrechtmatig gebruik van voorzieningen en bestrijding van fraude. In het tweede kwartaal van 2021 is de gemeente gestart met het opzetten en het uitoefenen van een toezichthoudersfunctie. Dit heeft geresulteerd in het verbeteren van het proces rond persoonsgebonden budgetten. Daarnaast zijn fraudesignalen actief opgepakt, is de organisatie meer fraudebewust en is onrechtmatige dan wel niet passende zorg stopgezet. Daarmee heeft deze inzet zijn waarde bewezen. In het kader van de rechtmatigheidsverantwoording en het nog te formuleren gemeentelijke fraudebeleid wordt gevraagd deze inzet op toezicht en fraude binnen het sociaal domein structureel te maken en daarvoor € 105.000 beschikbaar te stellen.

8. Adviseur crisisbeheersing € 78.000 N (S)
Het voorstel is om jaarlijks een bedrag te begroten van € 78.000 ter structurele uitbreiding van de formatie binnen het taakveld Openbare Orde, Veiligheid & Crisisbeheersing (hierna: het taakveld) met een ‘Adviseur Crisisbeheersing/Crisismanager’.
Het taakveld is een klein specialistisch team dat verantwoordelijk is voor een tweetal aan elkaar verwante, maar separate beleidsvelden c.q. specialisaties: (1) openbare orde en veiligheid en (2) crisisbeheersing en rampenbestrijding. De huidige capaciteit is toereikend om advisering, ad-hoc casuïstiek en beleidsontwikkelingen ten aanzien van de openbare orde en veiligheid te borgen. Er is geen specifieke en specialistische adviseur crisisbeheersing c.q. crisismanager. Dit is wel gebruikelijk bij gemeenten. Tot op heden wordt deze functie deels ingevuld door de strategisch adviseur, wat ervoor zorgt dat het beleidsveld geruime tijd onvoldoende aandacht geniet.

Het uitbreiden van de formatie ter vervulling van de wettelijke taken is om twee redenen wenselijk. Allereerst hebben de afgelopen twee jaren duidelijk gemaakt dat de gemeentelijke organisatie veelvuldig en langdurig geconfronteerd wordt met een grote diversiteit aan crises. Dat zal in de nabije toekomst niet veranderen. De bestrijding van COVID-19, de valwind in Leersum en Maarsbergen, de kwetsbaarheid van Log4j en de opvang van Oekraïense vluchtelingen zijn allen zelfstandige en complexe vraagstukken die vragen om een integrale benadering vanuit de gehele gemeentelijke organisatie. Hiervoor is specialistisch kennis, competenties én capaciteit vereist om deze vraagstukken integraal aan te sturen en te benaderen. Dat is nu slechts ten dele aanwezig en beschikbaar. Deze kwetsbaarheid is zorgwekkend, voornamelijk omdat het gaat om de borging van essentiële wettelijke verantwoordelijkheden jegens de leefbaarheid en veiligheid.

Ten tweede, en wellicht het meest belangrijk; het is momenteel onvoldoende mogelijk de kritische processen en structuren te borgen met gedegen beleidsvorming en het faciliteren van de OTO-cyclus (Opleiden, Trainen en Oefenen). Het beleidsdomein is continu in ontwikkeling. De ontwikkelingen omtrent externe veiligheid, transport van gevaarlijke stoffen, de extramurale zorg, natuurbranden, reactieve functies en de kwetsbaarheid van digitale kritische infrastructuur zijn actuele voorbeelden hiervan. Het ontbreekt ons op al deze vlakken aan beleidsvorming en preparatie. Dit is een kwetsbaarheid met mogelijk verregaande implicaties bij het voordoen van incidenten, rampen en crises.

De huidige capaciteit doet geen recht aan de complexiteit van het beleidsdomein en het belang daarvan. Het taakveld is met de huidige capaciteit niet in staat duurzaam en blijven te investeren op bovengenoemde, en zondermeer nieuw te komen, ontwikkelingen. Dit geldt ook voor de aansturing van integrale maatschappelijke vraagstukken c.q. crises. De gevraagde capaciteit is nadrukkelijk structureel van aard om de wettelijke taken ten aanzien van de rampenbestrijding en crisisbeheersing, zoals vastgelegd in de Gemeentewet en Wet veiligheidsregio’s, te borgen. Tevens kan de capaciteit aangewend worden om ad-hoc maatschappelijke vraagstukken c.q. crises integraal aan te sturen en coördineren. Op die manier is het mogelijk om op genoemde onderwerpen een inhaalslag te maken, de interne processen te borgen en toekomstige ontwikkelingen en maatschappelijke vraagstukken in samenwerking met externe partners adequaat op te pakken.

9. Communicatie uitbreiding formatie € 229.000 N (S)
Maatschappelijke ontwikkelingen en trends in het (overheids-)communicatievak laten zien dat extra inzet op communicatie gewenst is. Het gaat bijvoorbeeld om grote maatschappelijke opgaven zoals de energietransitie, Omgevingswet, woningbouwopgave, transitie sociaal domein, maar ook de toenemende polarisering, kracht van de publieke opinie (o.a. via sociale media) en de betrouwbare overheid/bestuur, waaronder privacy en informatieveiligheid. En ook communicatietrends zoals beeldtaal, video, podcast etc. die vragen om andere kwaliteiten. Daarnaast zien we een toename van crises, zoals corona, de valwind en Oekraïne, waarbij altijd een groot beroep wordt gedaan op de communicatieprofessionals. Om al deze ontwikkelingen in beeld te krijgen en toekomstgericht te kunnen werken, heeft team communicatie een concept communicatievisie opgesteld, die is vertaald in nieuwe rollen en taken.

De voorlopige conclusie is, dat we de formatie met 3 fte willen uitbreiden.
Extra argument om uitbreiding van capaciteit is dat het voortdurende tekort aan capaciteit zorgt voor een vicieuze cirkel, waarbij ontwikkeling van het vakgebied (visie) structureel onder druk staat. 

10. Uitvoering Communicatie € 40.000 N (S)
Bij de uitvoering van communicatie is de afgelopen jaren de druk sterk gegroeid. De factor functioneel beheer van de website en de digitale kanalen, audits, identity-access (DigiD, eHerkenning) en de toename van werken met digitale formulieren (landelijke richtlijn is dat 100% van de dienstverlening digitaal moet kunnen worden uitgevoerd) vergt meer inzet en kennis. Daarnaast is de trend dat informatie vaker wijzigt, wat meer uitvoering vraagt op goede, actuele en accurate informatieverstrekking. De derde belangrijke ontwikkeling sluit aan bij één van de drie belangrijke maatschappelijke opgaven (SCP/VNG/Divosa): verbetering van kansengelijkheid. Dit uit zich in onder andere in meer inzet op inclusief en toegankelijk taalgebruik op elk niveau in de gemeentelijke communicatie en zorgen dat teksten minimaal aan de landelijke richtlijnen hiervoor voldoen. Structureel vergt deze toename inmiddels extra capaciteit.

11. Coördinator Opleiding en Ontwikkeling € 35.000 (S)
Voorgesteld wordt om een bedrag van € 35.000 te begroten om een structurele formatie uitbreiding te realiseren binnen het taakveld Personeel & Organisatie met de functie van ‘Coördinator Opleiding en Ontwikkeling’. Dit is wenselijk ter vervulling van de (afgeleide) wettelijke taken.
Investeren in medewerkers is erg belangrijk om ze te behouden, te laten doorgroeien en te zorgen dat de organisatie gesteld staat voor alle nieuwe ontwikkelingen.

Met een coördinator Opleiding en Ontwikkeling is de organisatie in staat om jaarlijks een actueel en passend aanbod van ontwikkelinterventies op het gebied van opleiding en ontwikkelen vorm te geven waarbij leidinggevenden en medewerkers worden gefaciliteerd binnen hun organisatie. De coördinator Opleiding en Ontwikkeling zorgt ook voor een verbetercyclus in opleiding en ontwikkeling door het monitoren, analyseren en evalueren van de resultaten en effecten  van de initiatieven en het instrumentarium t.a.v. leren & ontwikkelen. Daarnaast wordt de coördinator verantwoordelijk voor de opzet van een leerplatform. Dat leerplatform draagt er aan bij dat alle leer- en ontwikkelactiviteiten waaronder het leertraject ‘Anders werken’ worden geborgd. Dat biedt continuïteit en de bestaande medewerkers de mogelijkheid het aangedragen materiaal voor het eerst of opnieuw te gebruiken. 

12. Projectleider/Processpecialist € 53.000 N (S)
De organisatie werkt al sinds 2016 procesgericht en heeft daarvoor ook een concernopgave vastgesteld. Inmiddels zijn vanuit dat project veel processen vastgelegd en ook al een aantal verbeterd. Ervaring met het herinrichten rond de processen bij de Omgevingswet heeft laten zien dat procesgericht werken een noodzakelijke volgende stap moet maken. Onze samenleving vraagt meer van de (inclusieve) dienstverlening en deze vraag verandert sterker in de tijd. Onze werkwijzen en processen moeten daarin meegroeien.Vernieuwingen op gebied van digitaal werken, waaronder nieuwe software, vragen procesverbeteringen en aanpassingen om voordelen van deze vernieuwingen ook daadwerkelijk te benutten. Naast inrichten en vastleggen van processen, wordt het continu verbeteren van processen en werkwijzen essentieel om als organisatie mee te bewegen met alle veranderingen. Digitaal én op het gebied van (verwachtingen van) dienstverlening. Het vraagt kwaliteitscontrole, -verbetering en -management, met participatie van inwoners, beter sturen op indicatoren en doelstellingen, vergroten van bewustzijn rondom integrale afhankelijkheden en uiteindelijk daarmee verbeteren van grip en control op de processen en verbeteren van de dienstverlening. Dit vraagt kennis en kunde in de organisatie in de vorm van een eigen projectleider, tevens specialist procesgericht werken en continu verbeteren, die teams hierin begeleidt, stuurt en aanjaagt. Voor de Omgevingswet en voor de P&C-cyclus is dit specialisme ingehuurd. Door dit intern te beleggen en de kennis hiervoor in huis te hebben en houden kan de ervaring van procesverbetering bij de Omgevingswet in de gehele organisatie worden toegepast, met als opbrengst minder werkdruk en meer control. Voor deze specialist is extra capaciteit nodig.

13. Regievoerder implementatie vitale recreatieterreinen € 44.000 N (S)
In 2021 is het bestemmingsplan recreatieterreinen vastgesteld. Inmiddels heeft ook de Provincie haar inzet op recreatie en recreatieterreinen geïntensiveerd, onder meer met de pilot vitale vakantieparken, pilot BAG-registratie en extra kennistrajecten voor meer inzicht en gegevens. Wij zien veel verwevenheid over verschillende beleidsterreinen, onder andere met het uitvoeren van het vastgestelde beleid voor het handhaven van niet-recreatief gebruik van recreatieterreinen, verduurzaming van de recreatiesector, maar bijvoorbeeld ook met de krapte op en beleid rondom de woonmarkt. Daarnaast is er verwevenheid met de vitalisering van onze dorpskernen, het versterken van de economische functie, het verhogen van de leefbaarheid en de wens tot datagedreven werken: weten wie onze gemeente bezoeken, sturen op spreiding en balans, op kwaliteit in plaats van kwantiteit en meer grip op of dit past bij onze doelstellingen. Dit vraagt een sterke regievoering en het bewaken van integrale benadering over alle beleidsvelden en de uitvoering van dat beleid.


Van inhuur naar formatie (budgetneutraal)

Op bepaalde plekken in de organisatie is sprake van structurele inhuur als gevolg van capaciteitstekorten. Om de kwaliteit en continuïteit in de organisatie te borgen en te investeren in eigen medewerkers, wordt deze inhuur op een aantal plaatsen omgezet naar formatieplaatsen. Dat brengt wel een risico met zich mee daar waar de dekking niet structureel is maar bestaat uit tijdelijke middelen of projectgelden. Het betreft de volgende functies:
- Vergunningverlener kabels en leidingen (0,5 fte), Coördinator begraafzaken (1 fte), beheerder wegen en kabels en leidingen (1,5 fte), Communicatie (1-3 fte) en Projectleider inrichting buitenruimte (1 fte).

Deze pagina is gebouwd op 05/24/2022 20:20:12 met de export van 05/24/2022 20:02:11