Home

Algemeen

Inleiding

Voor u ligt de kadernota 2023-2026. De eerste in een nieuwe college- en raadsperiode. In deze kadernota geven we als college een beeld van de ontwikkelingen waar we mee te maken krijgen de komende periode. Het betreft een beleidsarme kadernota waarin enkel basiskeuzes in het saldo voorgelegd worden aan de raad. Verder is er een inventarisatie van behoeften gedaan welke uw kan raad gebruiken als eerste inzicht voor het maken van de begroting 2023-2026. Input hiervoor is onder andere gehaald uit de jaarrekening 2021 en de 1e bestuursrapportage van 2022. Deze jaarstukken worden u op hetzelfde moment gepresenteerd en geven inzicht in de trends en opgaven waar we reeds langere tijd mee te maken hebben. Dit resulteert onder andere in een aantal vraagstukken over de ambtelijke organisatie, waar in de kadernota verder op ingegaan zal worden.

De uitdagingen die voor ons liggen
De samenleving van nu stelt ons voor stevige uitdagingen. Er liggen grote maatschappelijke opgaven en van de lokale overheid wordt veel verwacht. De toenemende druk op de woningmarkt, de energietransitie en klimaatadaptatie staan hoog op de agenda, maar ook binnen het sociaal domein zien we toenemende vraagstukken rondom armoede, kansengelijkheid, bestaanszekerheid en gezondheid, natuur en biodiversiteit. Daarnaast zien we ontwikkelingen op het gebied van dienstverlening en digitale veiligheid die onze aandacht vragen. We zien uitdagingen op deze onderwerpen ook terugkomen in uw raadsbrede afspraken.

Tegelijkertijd leven we in een tijd met diverse onzekerheden en hebben we te maken of te maken gehad met meerdere crises als COVID-19, Log4j en de valwind. Op dit moment ervaren we onvoorziene druk door de opgave om Oekraïense vluchtelingen op te vangen. Maar ook de onzekerheden over de financiële middelen die de gemeente krijgt vanuit het Gemeentefonds, de mate van compensatie en de vraag of COVID-19 in het najaar opnieuw de kop opsteekt, maakt het moeilijk om vooruit te kijken. Dit vraagt veel van zowel de samenleving als van bestuur en organisatie. Dat vraagt een nieuw perspectief op publiek leiderschap en het maken van keuzes.

Beleidsarme kadernota
Bij de uitwerking van deze kadernota, was de raad bezig met de uitwerking van het raadsprogramma. Ambities en opgaven uit dit programma zijn daarom nog niet meegenomen in de kadernota. Omwille van de financiële positie van de gemeente en om ruimte te kunnen bieden aan nieuwe ambities uit het raadsprogramma, is de kadernota beleidsarm opgesteld. Er is geïnventariseerd welke behoeften er zijn, maar met het oog op collegevorming in deze periode zijn enkel de basiskeuzes (jaarlijkse ontwikkelingen en onvermijdelijke ontwikkelingen) vertaald in het financieel perspectief van de kadernota. De geïnventariseerde ontwikkelingen waarvoor nog een afwegingsmogelijkheid bestaat, maakt het college wel zichtbaar in deze kadernota om de raad over het bestaan en de achtergronden hiervan te informeren. Deze ontwikkelingen worden betrokken bij het opstellen van de begroting.
Het college en de ambtelijke organisatie werken in de zomer aan uitwerking van een raaduitvoeringsprogramma en leggen dat uiterlijk gelijktijdig met de begroting 2023-2026 aan de raad voor. Hierin worden ambities uit het raadsprogramma vertaald naar concrete acties. U kunt dit uitvoeringsprogramma te zijner tijd gebruiken als input voor de eerste begrotingswijziging op de nieuwe begroting. Tegen die achtergrond moet de begroting straks dus enige financiële ruimte hebben om het uitvoeringsprogramma te realiseren.

Knaken bij de Taken
Via de motie ‘Knaken bij de Taken’ heeft de raad gevraagd om een reële kadernota op te stellen waarin de tekorten transparant in beeld komen. Dit leidt tot een financieel meerjarenperspectief van deze kadernota met een negatief saldo voor de jaren na 2023. Na correctie voor incidentele baten en lasten is er in 2023 en 2024 sprake van een positief saldo. In de Kadernota wordt nader toegelicht hoe dit tot stand komt. De provinciaal toezichthouder toetst echter op het structureel sluitend zijn van de begroting en niet van de kadernota. Om die reden is een sluitende kadernota niet verplicht en vormt deze vooral een inventarisatie en perspectief op basis waarvan richting de begroting keuzes gemaakt moeten worden. Hiermee wordt een signaal afgegeven over de balans tussen maatschappelijke opgaven en de financiële positie van de gemeente richting provincie en Rijk.

In dit licht willen we ook de systematiek van de financiering van de Verbonden Partijen onder de aandacht brengen. Ruim 10% van onze financiële middelen gaat jaarlijks naar verbonden partijen. Deze bijdragen worden jaarlijks geïndexeerd. Deze indexaties vindt u ook terug in de kadernota. Hierbij ontbreekt aandacht voor de algehele financiële situatie van de gemeente.

De gemeentelijke organisatie
Voor de gemeentelijke organisatie zijn de maatschappelijke opgaven leidend voor het werk. Om deze opgaven het hoofd te bieden en de kwaliteit van dienstverlening binnen onze gemeente te kunnen waarborgen, is een stabiele en goed geoutilleerde organisatie noodzakelijk. Een organisatie die faciliterend werkt in de geest van een netwerkorganisatie. Echter, de toenemende druk door de combinatie van de verschillende crises, uitgestelde werkzaamheden, de grote opgaves, het groeiend aantal participatieprocessen en de krapte op de arbeidsmarkt, hebben effect op het realiseren van die maatschappelijke opgaves, op de werkdruk in de organisatie en op de mentale balans of gezondheid van individuele medewerkers en op de organisatie als geheel.

De betrokkenheid en inzet van onze medewerkers is groot, maar de werkdruk is erg hoog en kent een grens. Daarom moeten we kritisch kijken naar wat er wel en ook niet kan binnen de bestaande bezetting en is daarnaast ook een bedrag opgenomen voor aanpassingen in de organisatie, zoals de versterking van de organisatie op verschillende cruciale onderdelen. Daarnaast willen we de organisatie ook versterken door kennis en kunde meer in huis te halen en te houden en medewerkers loopbaanperspectief te bieden. Daarom zetten we in op de beweging van minder inhuur naar meer medewerkers in dienstverband. Hier staat geen structurele financiering tegenover.

Tabel 1 Financieel meerjarenperspectief

(Bedragen x € 1.000; + = voordeel / - = nadeel)

Saldo beleidsarme kadernota 2023

2023

2024

2025

2026

1

Financieel meerjarenperspectief

935

-23

-1.336

-5.726

2

Waarvan incidentele effecten

634

489

485

-11

3

Financieel meerjarenperspectief materieel

1.569

466

-851

-5.737

Deze pagina is gebouwd op 05/24/2022 20:20:12 met de export van 05/24/2022 20:02:11